Yep, wij dachten eerst ook dat in een dorpje met amper 180 inwoners nooit iets te beleven zou zijn maar dat bleek verkeerd gedacht.
Eerst was er het bedankingsfeest voor al wie geholpen had op de raviolifeesten van Merana (gelukkig mochten de niet-helpende partners ook mee of ik had dit etentje al gemist). Eten en drinken uiteraard, alles in het teken van vis en gedurende de ganse dag klaargemaakt door de ‘president’ van onze Pro Loco himself, zodat de vaste medewerkers eens niets moesten doen.
De avond eindigde met een plaatselijke held die een accordeon verkrachtte en onze dorpsgenoten die het op een soort koorzangen zetten. Gelukkig hebben wij het dubbele excuus, én dat ze in België niet (kunnen) zingen én dat wij die Italiaanse liedjes niet kennen of het zou redelijk pijnlijk worden.
Het volgend weekend werd er een apericena georganiseerd voor al wie wenste te komen, wij daarheen natuurlijk. De bedoeling was dat iedereen iets maakte en dat er zo hapjes à volonté waren. Dat was dus ook zo, een buffet met heerlijkheden zoals je er zelden één zag, zelf gemaakte wijnen en zelf gestookte grappa achteraf en deze keer zelfs een heuse dj mét onvermijdelijke karaoke machine. Opnieuw zetten onze dorpsgenoten het op een collectief meezingen en opnieuw gebruikten wij hetzelfde excuus om ons eeuwige schaamte te besparen.
Voor wie het mocht interesseren, Natascha had een soort Oosterse taboulé gemaakt én gegrilde courgettes gevuld met een mascarpone erwten mengeling en geroosterde amandelen.
Op zondag was het dan aan de bar ‘castagnata’, gratis gepofte kastanjes met even gratis rode wijn erbij, altijd een gezellig zicht, vuurtje stook met enkele potten vol kastanjes boven de vlammen en Italiaanse mannen die even vurig de voetbal en politiek becommentariëren.
En dit weekend waren we in het ‘ravioli laboratorium’ uitgenodigd om zelfgemaakte polenta met twee sauzen te komen eten, of met tomatensaus hoofdzakelijk op basis van look of met konijn. Pepino had zijn eigen maïs geoogst en die op de ouderwetse manier (met een handmolentje) omgetoverd tot polenta, een maïskoek die uren aan een stuk wordt geroerd om te zorgen dat het lopend blijft en niet effectief een koek wordt, historisch gesproken echte arme mensen kost, maar superlekker, ook dankzij de kookkunsten van enkele mama’s die voor behoorlijk indrukwekkende sausjes hadden gezorgd.
Merana dus, never a dull moment
(Nicolas)